zaterdag 2 augustus 2014

Annie, hou jij mijn tassie effe vast?

Een tijdje terug organiseerde ik in opdracht van Maasmechelen Village een modewandeling voor een viertal jonge, modebewuste, populaire Braziliaanse bloggers.
Thassia Naves, Nati Vozza, Lele Saadi en Vic Ceridono. Ook de bekende Belgische blogster Sofie Valkiers kwam even gedag zeggen, zoveel fashionista's bij elkaar, ik verwachtte elk moment een meute paparazzi en handtekeningenjagers.

De meisjes toerden langs de meest trendy shoppingsteden van Europa, en ik was vastbesloten ze het prachtige winkelaanbod van Antwerpen te laten zien.
Dries Van Noten, Renaissance, het MoMu, Verso, Cocodrillo, Graanmarkt 13, DVS, ... en een stop bij Belgium's finest, Delvaux Créateur.

Het huis Delvaux werd opgericht in 1829 door Charles Delvaux. Tassen, sleutelhangers en zijden sjaals maakten ze toen nog niet. De handtas, of sacoche, zoals wij hem kennen is een laat 19e eeuwse uitvinding die pas echt doorbrak in de 20e eeuw.

Mensen waren redelijk honkvast. De wereld was klein, alleen de happy few had het voorrecht te reizen voor het plezier. Een belangrijk fenomeen in de Europese aristocratie was de "Grand Tour". Een lange reis naar de belangrijkste hotspots van Europa, Oostende, Parijs, Venetie, Rome, Firenze, Geneve, Wenen, etc. Een cultuurbad, in stijl, met de daarbijhorende entourage, personeel, en garderobe.

Niet moeilijk dat reizen alleen was weggelegd voor zeer welstellende families die genoeg personeel en middelen hadden om hun kleding en andere necessities mee te slepen in gigantische hutkoffers naar de andere kant van de wereld. Deze elitaire "Grand Tours" waren daarom het alleen- en geboorterecht van de upper class die er volop van genoot van midden 17e tot midden 19e eeuw. Na de industriële revolutie deden onder meer stoomschepen hun intrede en de aanleg van spoorwegen maakten reizen comfortabeler, toegankelijker, en voordeliger wat maakte dat ook de midden klasse in staat gesteld werd om andere horizonten te gaan verkennen, niet alleen als migranten, maar voor de fun, als toeristen.

Zo'n Grand Tour die wel een jaar kon duren vraagt natuurlijk een andere uitrusting dan een hedendaagse city tripje naar Berlijn met een low cost airline.
Met de stijgende populariteit van toerisme, en de steeds toenemende onafhankelijkheid van de vrouw, ontstond de vraag naar draagbare, persoonlijke "bagage" om essentiële spullen bij de hand te hebben. Enter, de handtas, een onmisbaar attribuut.

Essentieel is een wijd begrip natuurlijk. Lipstick(s), portemonnee, sleutels, smartphone, muntjes, regenhoedje, pen, notaboekje, fototoestel, boodschappentasje, zakspiegel, ... en dat is maar een fractie van wat er in mijn tas te vinden is. Soms zie ik vrouwen rondlopen met zo'n ietsie pietsie mini clutch, of zelfs helemaal zonder tas en vraag me dan af "Hoe doen ze het?"

Terug naar Delvaux. Charles Delvaux startte met het maken van reiskoffers. Oude koffers hebben een bolle bovenkant. Niet om ze goed vol te kunnen proppen zoals die flexibele koffers van vandaag. De bolle bovenkant maakte dat, wanneer de koffer achter op een koets werd gebonden, de regen eraf zou kunnen lopen, in plaats van erop blijven liggen, of erger, erin zou kunnen sijpelen. Iets minder oude koffers hebben een platte bovenkant, zoals een echte kist, zodat ze gemakkelijker gestapeld konden worden, op een trein, in een schip, ...


In 1875 beschikte België over het langste spoorwegnet ter wereld. De wereld werd groter, en meer bereikbaar.
Charles Delvaux, een man met visie, en praktisch aangelegd, voorzag een revolutie en in plaats van zich te blijven toeleggen op het vervaardigen van reiskoffers begon hij zich snel aan te passen aan de nieuwe behoefte van reizigers, meer bepaald vrouwen die bepaalde zaken tijdens het reizen bij de hand wilden houden.

In 1908 was Delvaux één van de eerste om een patent op handtassen aan te vragen. En het werd een succes.
Het Huis Delvaux ontving de titel "Officiële Belgische Hofleverancier" al in 1883 van koning Leopold II, en die titel heeft Delvaux tot de dag van vandaag nog. Zelden zul je een Belgische vorstin zien, zonder haar Delvaux. Of die andere vorstin ...
En het houdt niet op bij Royalty, ook al voel je je er één met zo'n tas aan je arm.
Zelfs Elizabeth Taylor had er één, die voor een mooi bedrag verkocht werd tijdens de grote veiling in New York in 2011.


In 1933 werd Delvaux overgenomen door Franz Schwennicke, die Delvaux transformeerde in een buitengewoon exclusief merk door in te spelen op de toenemende vraag naar uiterst luxueuze handtassen. Hij was ook de eerste producent van luxe lederwaren die seizoenscollecties introduceerde, een concept dat hij overnam van de haute couture.


Onder zijn leiding, en later die van zijn vrouw Solange, maakte het Huis Delvaux talloze meesterwerken die wereldwijd geroemd werden in de geschiedenis van hoogstaande lederwaren; in het bijzonder "Le Brillant", een tas die speciaal werd ontworpen voor de wereldtentoonstelling van 1958 in Brussel.

Waarom ineens mijn interesse in dit luxe merk? Wel, naar aanleiding van het bezoekje van de blogsters aan de Delvaux winkel in Antwerpen, kreeg ik een uitnodiging voor een privé rondleiding in de ateliers van Delvaux in Brussel. Een kans die ik met beide handen greep.

Afgelopen woensdag werden we vriendelijke ontvangen door Jessica, Press & Communication Coördinator, in het Arsenaal, de HQ van Delvaux.

De kantoren en de ateliers zijn prachtig geïntegreerd, vanuit de kantoren boven heb je een subliem zicht op de werkvloer waar met veel vakmanschap aan de kwaliteitsstukken wordt gewerkt. Wist je dat elke tas, elk product - op het leer snijden na - van begin tot eind door één enkele vakman of -vrouw vervaardigd wordt? Geen bandwerk hier bij Delvaux.


Naast de kantoren is er een heus mini museum waar je de allereerste koffers die ooit bij Delvaux werden vervaardigd kunt bewonderen, alsook prachtige collectiestukken, allemaal in hun eigen plexi kastje, en in uitstekende staat.


Zoals op de site staat kan "Iedere bezoeker die ooit de kans heeft gehad om de ateliers van Delvaux te bezichtigen bevestigen dat’s werelds oudste producent van luxe lederwaren een uniek handelshuis is. In de handen van de buitengewoon vakkundige meester-leerbewerkers zijn de tassen van Delvaux meer dan alleen handtassen: het worden levende sculpturen, kleine kunstwerken. Elk product van Delvaux wordt met de hand vervaardigd in zijn eigen Europese ateliers in België en Frankrijk."

Grootste troef van het huis, voor mij toch, is de dienst naverkoop, of zoals ze het intern noemen de 'infirmerie'. In een afgesloten geklimatiseerde ruimte liggen honderden rollen leer in alle kleuren van de regenboog met oneindige variaties daarop.

Een medewerker liet trots een vintage tas zien uit de jaren 70 met een kapot hengsel. Dat wordt hier gewoon hersteld alsof het iets van niks is, met het originele leer, vandaar die grote voorraad. Hij zag mijn verbazing en toonde met grote smile een nog oudere tas die, ouder dan ik zelfs. Schitterend!


Bij het afscheid overhandigde Jessica me een papieren draagtasje met enkele brochures erin en een mooi doosje. Het zal toch niet waar zijn zeker? Ja hoor. Een mini mini Brillant, voor sleutels en/of lipstick. Geweldig!!
My first Delvaux, en iets zegt me dat het niet mijn laatste zal zijn.


"Quality will be remembered long after price is forgotten"
Een mooie spreuk. Sommigen wijzen hem toe aan Sir Henry Royce, andere aan Aldo Gucci.
Wat mij betreft hoort hij bij Delvaux.
En nu shoppen maar!!

Geen opmerkingen: